Eén op de twintig mannen is kleurenblind. Dit betekent vaak niet zozeer dat zij alles in zwart-wit zien, maar dat er bepaalde kleuren zijn die ze moeilijk kunnen onderscheiden. Er is dus een grote kans dat je een man met kleurenblindheid kent. Maar kunnen vrouwen eigenlijk ook kleurenblind zijn?

Op het netvlies van je oog komen kegeltjes en staafjes voor. De staafjes reageren op licht/donker en de kegeltjes zijn gevoelig voor kleur. Je hebt drie typen kegeltjes. E;én kegeltjes voor blauw licht, één voor groen licht en één kegeltje voor rood licht. Wanneer één of meerder van deze kegeltjes niet goed werken of afwezig zijn treedt er meestal kleurenblindheid op. Kleurenblindheid kan in veel verschillende varianten voorkomen. Het ligt er maar net aan welke kegeltjes niet goed werken. Zo kun je bijvoorbeeld moeite hebben met het zien van het verschil tussen groen en rood of het verschil tussen geel en blauw.

Vaak is kleurenblindheid het gevolg van een genetische afwijking. Op het X-chromosoom is dan een recessief allel aanwezig dat kleurenblindheid veroorzaakt. Omdat het allel recessief is en alleen op het X-chromosoom zit komt het bij mannen (XY) veel vaker voor. Maar ook bij vrouwen (XX) kan het voorkomen! De kans is alleen veel kleiner omdat bij vrouwen dit allel op beide chromosomen moet zitten wil het tot kleurenblindheid leiden.

Ook kan het voorkomen dat iemand echt alleen maar zwart, wit en grijstinten ziet. Dit wordt achromatopsie genoemd en komt bij 0.0033% van de bevolking voor. Achromatopsie kan aangeboren zijn, waarbij het vaak een genetische aandoening is die de reactie van de kegeltjes verstoord, en het kan ontstaan door hersenbeschadiging. Maar ook deze aandoening kan bij zowel mannen als vrouwen voorkomen.

Dus ondanks dat er veel meer mannen met kleurenblindheid rondlopen zijn er ook vrouwen die kleurenblind zijn. En dit kan soms knap lastig zijn! Denk maar aan het kopen van kleding, je muren schilderen of het kiezen van fruit.

Tessa Dongelmans